Brief 17 aan Vincent van Gogh
21 juli 2023
Op 13-07-2023 schreef ik -als artist in residency in Studio ZOOkeeper - mijn zeventiende brief als antwoord op de 23 brieven die Vincent van Gogh schreef in 1883 in Drenthe.
Beste Vincent,
12-13 nov: “Enfin broer, ik wou wel gij minder droog er over haddet geschreven (maar dat kan aan de drukte hebben gelegen)”
Jouw broer Theo had gedoe op zijn werk en jij blijft maar aandringen dat hij zich bij jou moet voegen om samen als kunstenaar door het leven te gaan. Maar jij bent ook afhankelijk van het geld wat hij binnen brengt en niet alleen jij maar ook jouw familie. Als je zo’n lange tijd alleen vertoeft en alleen het brieven schrijven hebt om te reflecteren kom je dichterbij een innerlijke stem of stilte dat zich uitvergroot met het gevaar dat je jezelf moeilijker kunt relativeren. Daar heb je het contact met anderen van tijd tot tijd voor nodig. Direct contact met anderen versnelt je reageren. In de stilte ,als je alleen bent, heb je alleen te maken met je eigen tempo, zonder stemgeluid.
In 1991/92 had ik een werkperiode in Praag waar ik je eerder over vertelde. Dat was mijn brievenschrijfperiode én ik las voor het eerst jouw brieven. Het was in de Pre-internet-tijd. Ik was daardoor ook helemaal daar, verstoken van nieuws en afleiding. Een andere tijdszone die langzaam mijn tijdszone werd. (Ik heb het altijd gek gevonden waarom jij daar bent en ik hier, in tijd en/of in plaats. Misschien een kinderlijke vraag maar het blijft me bezig houden.) Ik was iets jonger dan jij, las veel, zag veel opera, musea, en voelde me enorm verbonden met de weg die ik was ingeslagen. Alleen in die stilte kon ik los van wie of wat dan ook deurtjes openen die alleen ík kon openen, die me in de rest van mijn leven een belangrijke rol zijn gaan spelen.
“En het is dan ook hoogst moeielijk, dat geef ik toe, te weten wat men doen moet”, zeg je tegen Theo. Het gaat over stoppen bij zijn werkgever, maar ook over een mogelijke nieuwe weg als kunstenaar zonder opdrachtgever. Het begint bij een sterk gevoel/idee welk pad je moet gaan bewandelen en tegelijk bewust zijn van wat je onderweg tegenkomt zonder je teveel te laten afleiden door (letterlijke of innerlijke) negatieve stemmen.
“Het geld speelt een brutalen rol in de maatschappij en dat gij zulks gevoelt is een gevoelen dat betrekkelijk ik ook heb.”
Het probleem van het kunstenaarschap is niet de kunst op zichzelf maar de verbinding die de kunst (-enaar)maakt met de maatschappij op welke manier dan ook waardoor er geld voor wordt betaald. Het is een soort handigheid, van ‘passen in de tijd’ en de weg weten. Het staat haaks op het ondergedompeld zijn in het maakproces waarin concessies ten aanzien van de wereld -zoals-die -nu- eenmaal- is- niets met (vernieuwende) kunst te maken heeft. Het gaat om het maken van een vertaalslag van iets dat vanuit een innerlijke noodzaak gemaakt is, naar een wereld die dit niet noodzakelijkerwijs nodig heeft om te overleven. Waar huist de (geldelijke-)waarde van een kunstwerk? Waarom is het belangrijk? Lukt het mensen in deze snelle-internet-tijd te verlangzamen en deze brieven te lezen?
Ik moet denken aan kunstenaar-econoom Hans Abbing die over ‘Het Van Gogh syndroom’ schreef als inspiratiebron waarom kunstenaars arm blijven. (“Why are artist poor?” 2002) Het syndroom met jouw naam schetst een romantisch beeld van het kunstenaarschap dat zowel kunstenaars als kunstliefhebbers in stand houden zodat we arm blijven. Ook het subsidiestelsel om kunstenaars te compenseren houdt kunstenaars arm, stelt hij, omdat ze zo kunstmatig overeind worden gehouden. Hij stelt dat als kunst net zo gewoon zou zijn als het kopen van een brood, dat mensen er wel voor betalen. De enige subsidie die in jouw tijd bestaat is de toelage die jij krijgt van jouw broer.
“Ik wil toch zonder beschutting, meer dan anderen hebben, werken, en niet omdat ik er nu al ben maar omdat ik geloof “je grandirai dans la tempete”(ik zal groeien in de storm)
Weer of geen weer, we zijn onderweg.